Eigenzinnig kunstschilder

Arnold van Brakel, een eigenzinnig kunstschilder

Arnold was een zeer getalenteerd en eigenzinnig kunstschilder. Vanaf 1980 besloot hij zich uitsluitend te richten op eigen werk, werkte hard en gedreven en was uiterst productief.

‘Het naschilderen van dingen die voor je neus staan, de handigheid, is een rem. De rest van je leven alleen maar doen wat je kunt, daar kon ik geen genoegen mee nemen.’

Het schilderen was een handigheid geworden. Hij zocht naar nieuwe uitdagingen en technieken. Niet de elementen op het schilderij maar de ruimte en spanning tussen deze elementen kregen zijn aandacht. Het werken met zand was een uitdaging. Het bleek moeilijk verwerkbaar en werd daarmee de sleutel voor het einde van de handigheid.

‘Het zoeken naar de onderlinge relaties van elementen, die eigenlijk los van elkaar staan. De ruimte en de spanning daartussen. Die ruimte en spanning hebben evenveel belang als de dingen zelf.’

Een deel van het werk van Arnold zou men abstract kunnen noemen, ware het niet dat hij zelf de term non-figuratief hanteerde. Het gevoel dat kan worden opgeroepen staat centraal, niet de vorm of het ontbreken daarvan.

‘De term abstract wordt veelal ten onrechte toegepast op kunstvormen die geen herkenbare werkelijkheid laten zien. Abstract is datgene, wat zich boven het dak van ons voorstellingsvermogen afspeelt.
De vorm op zich is van weinig belang, maar dat wat het laat voelen is van het grootste belang. En dan probeer je dat vorm te geven. Dat gevoel.’


De kwaliteit van zijn werk is hoog, de gebruikte technieken zijn uniek door het ontstaan van nieuwe vormen en het werken met zand.

Arnold deelde zijn werk enkel met medekunstenaars en vrienden, zoals Guillaume le Roy (graficus), Jan Peeters (schilder), Hendrik Valk (schilder), Peter Vos (tekenaar), Karim Traïdia (filmregisseur) en Hans Kwakkel (beeldend kunstenaar).

Dit was een bewuste keuze:

‘Dit laatste stuk van mijn leven is van mij. Niet van de maatschappij en niet van een ander. Van een afstand kijk ik naar de maatschappij. Ooit moest ik mij er aan conformeren en nu kan ik gaan schilderen.
Ik hoef mijn werk niet de deur uit te dragen, bewaar het grootste deel, vergeet het en ga weer verder.’


Op deze website wordt nu een deel van zijn werk getoond.

© 2007 van Brakel, Amsterdam

© 2007 van Brakel, Amsterdam

© 2007 van Brakel, Amsterdam